Singleton Tailfire SPEYSIDE

Tailfire is een type kunstvlieg dat wordt gebruikt bij het vissen naar zalm. Een mooie verwijzing naar het logo van Dufftown, een springende zalm in de Spey rivier. De whisky rijpte hoofdzakelijk op vaten van Europees eikenhout en dat geeft hem zijn karakter van rijke fruitigheid en fijne kruiden. Master Blender Matthew Crow creëerde deze “flavour driven” expressie speciaal met dat doel, niet de leeftijd maar de smaak stond voorop. Een zeer geslaagde botteling, toegankelijk genoeg voor de beginner en expressief en complex genoeg voor de gevorderde proever.

Uitgebreide informatie
De Dufftown distilleerderij is in een klein dal, ten zuiden en net even buiten de plaats Dufftown, gelegen. Het riviertje de "Dullan Water", is de scheiding van de distilleerderij met de plaats Dufftown. De naam Dufftown komt van de Duff Clan, die vroeger in deze omgeving woonde en het land bezat. Tijdens de whisky-boom in de jaren 1890 kwamen twee ondernemers uit Liverpool naar de plaats Dufftown. Deze mannen, Peter Mackenzie en Richard Stackpole, gingen op onderzoek of de plaatselijke zaag-en meelmolens in Dufftown geschikt waren om er een distilleerderij in te beginnen. Samen met de eigenaar van de molens, John Symon, besloten ze om de Duftown-Glenlivet Distillery Company Limited op te richten. Op 10 november 1896 werd de Dufftown distilleerderij geopend. De benogdigde gerst kwam nog van de nabijgelegen boederij met de naam Pittyvaich, waarvan John Symon ook de eigenaar was. Reeds zes dagen na de eerste productie werden er de eerste negen hogsheads voor de verkoop aangeboden, naar men beweerde, van een buitengewoon goede kwaliteit. In 1898 vertrok Peter Mackenzie naar Edinburgh om zelf whisky te gaan blenden en verkopen. De naam werd veranderd in P. Mackezie and Co. Distillers Ltd. Peter had in een korte periode een groot verkoop succes in Amerika bewerkstelligd, maar verloor tijdens de drooglegging in 1920 dit marktaandeel weer. In 1933 moest hij noodgedwongen zijn bedrijf verkopen aan Arthur Bell. Na die verkoop kwam de productie van de Dufftown distilleerderij weer op het normale niveau van voor die crisis. In 1941 kwam de productie in de oorlog door een gebrek aan gerst weer stil te liggen. In 1947 was de productie als vanouds en in 1968 werden het aantal stills verdubbeld waardoor de productie ook verdubbelde. Door de grote vraag werden er tussen 1979 en 1980 nog twee stills bijgeplaatst evenals een nieuwe mash tun en een nieuwe malt mill. In 1985 werd het bedrijf van A. Bell gekocht door Guinness, dat daarna weer overgenomen werd door de huidige eigenaar met de nieuwe naam Diageo. In het stillhouse van de Dufftown distilleerderij staan drie wash stills en drie spirit stills die allen door stoom verwarmd worden. Er staan 10 washbacks, drie van Oregon pine en zeven roestvrij stalen. Voor de rijping van de malt gebruikt men zowel refill, bourbon- als sherry vaten. Het water voor de productie komt uit een bron in de Conval Hills, zo'n 6 kilometer van de distilleerderij en het koelwater haalt men uit het riviertje "Dullan Water". Men brengt maar zo’n twee procent van de productie als een single malt op de markt. Het overige deel van de whisky wordt gebruikt voor de blended whisky's van Bell's, Dewar's en Johnnie Walker.

Proefnotitie
Kleur: amber. Neus: uitbundige zoete fruitigheid van aardbeien, gestoofde pruimen, frambozen, appels, rode druiven en gekonfijte sinaasappel krijgt gezelschap van aroma’s van vers gemaaid gras, vanille, getoast eikenhout en tabak. Smaak: eerst tonen van gerstemout en groen gras, al snel zachter en zoeter door de rijke fruitigheid van de neus, vanille en zacht eikenhout. Een vleugje kruiden geeft diepte aan de lekker zoete afdronk die een accent heeft van romige kokos en iets drogend eikenhout.